WERKGROEP HULP OOST-EUROPA

De Werkgroep Hulp Oost-Europa

De werkgroep is in 1990 opgericht. In de daaropvolgende jaren verzorgde de werkgroep regelmatig hulptransporten naar een aantal Oost-Europese landen. Tot 2005 heeft de werkgroep zich hoofdzakelijk gericht op de Hervormde gemeente van het Roemeense dorpje Boiu. Twee jaar later zijn de contacten gericht op de Hervormde gemeente van het naburige stadje Sighisoara (in het Hongaars: Segesvár).

Doelstelling:

De werkgroep beoogt een op een dusdanige wijze hulp te verlenen, dat degene aan wie de hulp wordt gegeven, op termijn geen hulp meer nodig heeft onder het motto: “Het is beter een hengel, dan een vis te geven”. Naast het brengen van hulpgoederen, zorgt de werkgroep er ook voor om het contact tussen de zustergemeenten levend te houden.

Bestuur:

Voorzitter:                         Arie Karreman

Secretaris:                         Leontine Korevaar

Penningmeester:              Arie van Vliet

Algemeen lid:                   Leo Eijkelenboom

                                            Gijsbert van Dalen

                                            Jan-Pieter Moret

                                            Marcel Heijkoop

Verslag Roemeniëreis 23 jongeren 2005:

Op maandag 5 juli, om een uur ‘s ochtends, vertrokken we met drieëntwintig jongeren en vijf leidinggevenden naar Roemenië. We reden in een keer door, met af en toe een korte pauze. Op een gegeven moment waren we zo moe, dat zelfs het gangpad van onze bus als bed werd gebruikt. Bij aankomst in Boiu op dinsdagmorgen 6 juli, waren we dat echter snel vergeten.

We werden allerhartelijkst onthaald door onze Hongaarse vrienden. Sommigen van ons wisten af en toe niet wat ons overkwam: iedereen werd gekust en geknuffeld. Dat zijn wij, koele Hollanders, niet zo gewend. Onze vrienden behoren tot de Hongaarse minderheid, die in Roemenië woont. Vandaar dat we over “Mongaren” spreken, terwijl ze in “Roemenië” wonen. In het begin verliep het contact tussen de Nederlandse en de Hongaarse jongeren wat stroef, maar na een paar dagen was het ijs gebroken; niet in de laatste plaats door de verschillende spellen die spontaan werden gedaan.

Tijdens het kamp deden we verschillende Bijbelstudies, die afwisselend werden geleid door ds. Lajos (de predikant van Boiu), ds. Istvan (de vroegere predikant van Boiu) en een Nederlands sprekende Hongaarse dominee uit de omgeving van Boiu. Verder heeft zowel de Nederlandse groep, als de Hongaarse groep een hele dag voor het eten gezorgd. Dat waren natuurlijk typisch Nederlandse en Hongaarse gerechten. Wij als Nederlanders hebben ‘s middags pannenkoeken gebakken en ‘s avonds Unoxsoep, bonen, aardappels en een gehaktbal klaargemaakt. We weten nog steeds niet wie hier het meest van hebben genoten, de Hongaren of wij als Nederlanders!

Na enkele dagen gingen we weer terug naar Boiu. Op de terugweg reden we langs het toeristische Corund dat bekend staat om de vele handgemaakte voorwerpen die daar verkrijgbaar zijn. Daarna zijn we doorgereden naar de zoutmijnen. Dat was voor iedereen een belevenis. We zongen met elkaar in een kapel, die in deze mijn was gebouwd; het was erg mooi en bijzonder en klonk overweldigend door de akoestiek van de mijn. Terug in Boiu zijn we zaterdag met paard en wagen richting een riviertje vertrokken. Daar hebben we met elkaar een ontspannen dag gehad, lekker gezwommen en gebarbecued.

Zondagmorgen konden we wat langer op bed blijven liggen; de kerk begon pas om 11.00 uur. In de dienst ging de plaatselijke predikant, dominee Lajos voor. De rest van de zondag was gevuld met ontmoetingen met ouderen en jongeren uit de gemeente, het zingen van liederen, het doen van spelletjes, enz.

De volgende maandag gingen we op excursie naar het vlakbij Boiu gelegen stadje Sighisoara. We bezochten een museum in het oude stadsdeel en maakten een wandeling door de stad. Toen we dorst kregen, mochten we bij ds. lstvan wat drinken. Ds. lstvan is de vroegere predikant van Boiu en hij is nu in Sighisoara dominee. Dinsdag 13 juli was de tijd van afscheid nemen aangebroken. Dat viel niet mee, er waren in korte tijd zoveel contacten opgebouwd dat geen van ons echt al naar huis wilde.

Wij, als Nederlandse jongeren, hebben van ons verblijf in Boiu geleerd, dat we blij mogen zijn met wat we hebben en dat het niet nodig is om maar altijd het beste van het beste te hebben. In Nederland streven we vaak om iets alleen voor elkaar te krijgen, de Hongaren daarentegen zijn meer gericht op elkaar. Hoe krijgen we iets samen voor elkaar. Verder viel ons op dat in Roemenië tijd is om niet altijd iets te hoeven. Er hangt een bepaalde rust, die in Nederland soms ver te zoeken is. Bij ons is het vaak rennen, vliegen, draven. Anderzijds zoeken Hongaren soms teveel de rust, ze nemen daardoor niet altijd het initiatief om aan het werk te gaan en te vechten voor hun land. Wat we ook geleerd hebben van de Hongaarse jongeren Is om uit het niets een leuke activiteit te organiseren.

Het is een reis geweest om nooit meer te vergeten. We zouden er vele pagina’s over vol kunnen schrijven! We hebben al de momenten in ons hart opgeslagen.